Nierproblemen
Nieren zuiveren het bloed en verwijderen zo de afvalstoffen die vervolgens met de urine het lichaam verlaten. Als de nierfunctie vermindert, zullen afvalstoffen zich ophopen in het lichaam en het dier ziek worden. Vaak merk je pas in een laat stadium dat het dier een verminderde nierfunctie heeft. Bij de eerste tekenen, namelijk iets verminderde eetlust en wat meer willen drinken, is het belangrijk urineonderzoek en eventueel bloedonderzoek te laten doen. Want: hoe eerder we starten met behandelen, hoe meer we nog voor het dier kunnen betekenen.
Functie nieren
De nieren zijn 2 boonvormige organen. Ze liggen in de buik tegen de rug aan net achter de ribben. De nieren werken als een filter van het lichaam. De afvalstoffen worden uitgescheiden richting de blaas, de goede stoffen worden terug gefilterd het bloed in. Daarnaast houden de nieren de bloeddruk en vochtbalans in de gaten. Kortom, de nieren spelen een belangrijke rol in het lichaam van uw huisdier. Zonder nieren kan een lichaam niet goed functioneren.
Wat gaat er mis?
Waardoor de nieren beschadigd zijn, is vaak moeilijk te achterhalen. Soms is het wel heel duidelijk, bijvoorbeeld door het innemen van medicijnen die nierschade kunnen geven of giftige stoffen zoals antivries.
Wanneer de nieren beschadigd zijn, kunnen ze hun taak niet goed meer uitvoeren. Dat wil zeggen dat de “goede” stoffen worden afgegeven aan de blaas en de “foute” stoffen in het bloed blijven circuleren. Het lichaam is zichzelf als het ware aan het vergiftigen.
Wat zijn de symptomen?
Doordat de afvalstoffen in het bloed blijven zitten, wordt het dier ziek. Dit kan in het begin zelfs bijna niet op te merken zijn. Vaak wordt het dier allereerst een beetje misselijk, de vacht wordt wat dof en mottig, de eetlust neemt wat af terwijl het drinken juist toeneemt. Er kan sprake zijn van een beetje braken of alleen wat slikken om de bek. In een vergevorderd stadium eet en drinkt het dier helemaal niets meer, braakt regelmatig, is uitgedroogd en erg mager.
Hoe stellen we de diagnose?
Een aanwijzing voor een beginnend nierprobleem kunnen we het beste vinden in de urine. Door de urine te onderzoeken op eiwitverlies is vast te stellen of de nieren eiwitten doorlaten naar de blaas toe. Normaal gesproken is dit een hele kleine hoeveelheid omdat eiwitten een belangrijke bron zijn van energie en bouwstenen in het lichaam en dus liever niet het lichaam moeten verlaten.
Als meer dan 70% van de nieren beschadigd is, kunnen we de diagnose stellen door het uitvoeren van een bloedonderzoek. Dit betekent dus wel dat er al heel veel schade is opgetreden!
Het is dus erg belangrijk om bij de eerste aanwijzingen voor beginnende nierproblemen allereerst de urine te laten onderzoeken, daarnaast is uiteraard een bloedonderzoek verstandig om andere problemen uit te sluiten.
Wat kunnen we er aan doen?
De schade die ontstaan is aan de nieren kunnen we in de meeste gevallen helaas niet meer herstellen. Bij de behandeling van chronisch nierfalen, proberen we vooral verdere schade zoveel mogelijk te voorkomen. Dit voorkomen van nierschade kan op 3 manieren.
Door het geven van een speciaal nierdieet bieden we het dier een hoogwaardige voeding aan waarin de kwaliteit van het eiwit zo hoog is dat de hoeveelheid eiwit in het voer kan worden verminderd. Op deze manier krijgen ze voldoende energie, maar belasten we de nieren niet overbodig met teveel eiwitten.
Naast het speciale dieet geven we een voedingssupplement dat ervoor zorgt dat de schadelijke, giftige stoffen zoveel mogelijk worden weggevangen uit het bloed.
Bij de kat geven we tenslotte nog een medicijn wat de bloeddruk in de nier verlaagt en de filterfunctie van de nier ondersteunt.
Mocht het dier ernstig uitgedroogd zijn of heel erg ziek dan nemen we het dier op en dienen we rechtstreeks in het bloedvat een aantal dagen infuus toe om het lichaam lekker door te spoelen en te ontdoen van de giftige stoffen die in het bloed blijven circuleren.
Daarnaast geven we medicijnen die ervoor zorgen dat het dier niet meer misselijk is en daardoor weer lekker gaat eten.
Wat is de prognose?
De prognose is erg wisselend per dier. Bij de ene patiënt slaat het dieet, de medicatie en het spoelen erg goed aan terwijl bij een andere patiënt alles helemaal geen effect heeft. In het laatste geval is het dan voor het dier beter om het in te laten slapen. Wanneer de therapie wel goed aanslaat is het belangrijk om regelmatig (4x per jaar) het bloed en de urine opnieuw te laten onderzoeken. Soms is ook nodig om wat regelmatiger te spoelen.