Buitenlandse dierziekten
In het buitenland heersen soms ziekten die in ons land niet voorkomen. Uw huisdier kan hier behoorlijk ziek van worden of, erger nog, aan overlijden. Het is daarom belangrijk dat u uw huisdier hier zo goed mogelijk tegen beschermt. Dit kan bijvoorbeeld door uw dier in te laten enten, of andere beschermende voorzorgsmaatregelen te treffen.
Wettelijke verplichtingen
Behalve verplichte identificatie en registratie, is in de meeste landen alleen de vaccinatie tegen hondsdolheid (rabiës) bij het overgaan van de grens verplicht voor uw dier. Daarnaast hanteren sommige landen hun eigen aanvullende invoereisen. Informeer ruim op tijd aan welke eisen u moet voldoen. Hou ook rekening met de regels van landen waar u doorheen reist.
Vaccineren
Uw huisdier kan tegen verschillende ziekten ingeënt worden. Veel van deze ziekten kunnen ook in Nederland voorkomen. Voorbeelden zijn honden- en kattenziekte, parvo, leptospirose (ziekte van Weil), hepatitis, para-influenza, kennelhoest, niesziekte en hondsdolheid (rabiës). Er zijn echter ook ziekten waar geen goede vaccinatie voor bestaat. Om te voorkomen dat uw huisdier deze ziekten oploopt, is het van belang om uw dier zo goed mogelijk tegen infectie te beschermen.
Verschillende ziekten
In onze infotheek staan een aantal infecties besproken die uw huisdier op vakantie kan oplopen. Veelal zijn dit ziekten die in Nederland niet (of pas sinds kort met regelmaat) voorkomen en met name worden gezien na een bezoek aan Zuid-Europa. De meest voorkomende “exotische” ziekten uit deze regio zijn infecties met de parasieten Babesia, Ehrlichia, Leishmania en hartworm.
Alle beschreven ziekten hebben de volgende overeenkomsten:
- Ze worden allemaal overgebracht door insecten, zoals teken en muggen.
- Ze geven vaak vage klachten, zoals niet goed willen eten, koorts en vermageren.
- De infectie kan tot jaren na het daadwerkelijke bezoek aan het buitenland tot klachten leiden.
In principe kunnen katten deze ziekten ook krijgen, maar het wordt veel minder vaak bij hen vastgesteld. Misschien speelt hierbij een rol dat met katten minder gereisd wordt dan met honden of dat katten minder gevoelig zijn voor deze ziekten.
De verschillende ziekten op een rijtje
Babesiose
Katten zijn niet gevoelig voor deze infectie. Babesiose is een infectie die wordt overgedragen door teken. Katten zijn niet gevoelig voor deze infectie. Een hond kan de ziekte ontwikkelen nadat een besmette teek gedurende twee tot drie dagen bloed heeft gezogen. Dit kan na vier tot zeven dagen ziekteverschijnselen geven. De klachten zijn in eerste instantie vaag: de hond is slomer, eet minder graag en heeft vaak koorts. Na enkele dagen ontstaan verschijnselen zoals bloedarmoede, geelzucht en de typische (rood)bruin verkleurde urine.
Ehrlichiose
Ehrlichiose is een ziekte die kan worden overgedragen door de bruine hondenteek. Het ziektebeeld kan heel heftig zijn, maar ook meer sluipend (chronisch). Eén tot drie weken na infectie wordt vaak koorts, verlies van eetlust en algemeen ziek zijn gemeld. Daarnaast worden er vaak bloedingen gezien. Deze acute fase kan, als de ziekte niet erkend wordt, jaren later chronische problemen geven. Dit kenmerkt zich door een slechte eetlust, vermagering en soms ook koorts. Vaak zijn er ontstekingen, bijvoorbeeld in de huid, nieren, ogen en gewrichten.
Ziekte van Lyme
Ook de ziekte van Lyme wordt overgedragen door teken. Zowel mens als dier kunnen deze ziekte oplopen door een beet van een teek die besmet is met de bacterie Borrelia burgdorferi. Honden met een Borrelia infectie kunnen last krijgen van koorts, kreupelheid (die soms wel en soms niet aanwezig is), gezwollen gewrichten, nierproblemen en hersenvliesontsteking.
Leishmaniasis
Leishmaniasis wordt veroorzaakt door een parasiet die in grote delen van de wereld voor komt. De ziekte kan ook bij mensen voorkomen, maar gelukkig komt dat in Nederland weinig voor. De hond vormt een belangrijke bron voor infectie bij de mens. Bij katten worden nauwelijks problemen gezien. De ziekte wordt overgedragen door de zandvlieg, wat een soort stekende mug is. De ziekteverschijnselen ontstaan op zijn vroegst één maand na infectie, maar kunnen ook pas jaren later optreden. De klachten zijn heel divers, bijvoorbeeld huidveranderingen, vermageren, wisselende kreupelheid en ontstekingen aan bijvoorbeeld de ogen.
Hartworm
Hartworm wordt veroorzaakt door een worm die wordt overgedragen door verschillende soorten muggen. Na de beet komen larven van de worm in de longslagader waar zij volwassen worden en nieuwe larven produceren. Pas bij veel wormen komen de wormen daadwerkelijk in het hart terecht. De klachten bij uw huisdier zijn overwegend hoesten (soms met bloed), vermageren en verlies aan uithoudingsvermogen. Bij hele zware infecties kan er hartfalen met leververgroting en vochtophoping in de buik ontstaan en soms komt uw dier dan onverwachts te overlijden.
Behandelingen
Er bestaan in principe voor alle genoemde infecties behandelingen, maar helaas is zo'n behandeling niet altijd even effectief. Voor Babesiose, Ehrlichiose, ziekte van Lyme en hartworm geldt dat de kans op genezing gunstiger is, wanneer er op tijd wordt ingegrepen. Leishmaniasis is bijna nooit helemaal te genezen, en een behandeling dient daarom levenslang gegeven te worden. Als de klachten voldoende onderdrukt zijn, kunnen dieren met deze infectie echter een normaal leven leiden.
Het is natuurlijk beter om te voorkomen dat uw huisdier deze ziekten oploopt. De beste manier is door uw huisdier in Nederland te laten. Gaat uw huisdier toch mee op vakantie, zorg er dan voor dat de teken of insecten die de parasieten overdragen geen kans krijgen. Gebruik een goede tekenband of spray, en controleer uw huisdier dagelijks. Verwijder eventueel aanwezige teken met een tekenpincet.
Wanneer uw huisdier meegaat naar een regio waar Leishmania voorkomt, is een goede antimuggen behandeling belangrijk. Er zijn speciale halsbanden die beschermen tegen muggen. Vermijd poeltjes met stilstaand water en hou uw huisdier vanaf de schemering zoveel mogelijk binnen (muggen zijn dan het meest actief).
Preventie van hartworm bestaat uit het geven van ontwormingsmiddelen die hier geschikt voor zijn. Doe dit niet alleen voorafgaand aan uw vakantie, maar in ieder geval ook na terugkeer in Nederland. Soms kan het nodig zijn uw huisdier ook tijdens de vakantie te behandelen. Dit is noodzakelijk omdat bij een zware worminfectie behandeling kan resulteren in een verstopping door de dode wormen, wat kan leiden tot de dood.
Bron: LICG